Het mooie Sucre en het hard werkende Potosí - Reisverslag uit Sucre, Bolivia van jesseenjeroen - WaarBenJij.nu Het mooie Sucre en het hard werkende Potosí - Reisverslag uit Sucre, Bolivia van jesseenjeroen - WaarBenJij.nu

Het mooie Sucre en het hard werkende Potosí

Door: Jeroen en Jesse

Blijf op de hoogte en volg

01 December 2015 | Bolivia, Sucre

Sucre was naar verhalen een mooie architectonische stad. Onze bus vanaf La Paz kwam om 7 uur ‘s ochtends aan in Sucre. Imilia, die ook naar Sucre wilde, reisde met ons mee. Nadat we onze tassen in ons hostel hadden gezet en een verfrissende Boliviaanse douche hadden gepakt, gingen we de stad in om het centrum te ontdekken. De stad Sucre is tot nu toe de mooiste stad die we hebben gezien in Zuid-Amerika. Sucre is het Den Haag van Bolivia en staat daarom vol met mooie overheidsgebouwen. Het centrum is mooi, maar verder niet erg boeiend. Je loopt er in een dag doorheen en toen hadden wij het eigenlijk ook wel weer gezien. Er is weinig te doen verder.

’s Middags hebben we dan ook een parkje opgezocht om daar de rest van de dag met z’n drieën lekker in het gras te liggen en half weg te dutten. Nadat we ’s avonds een plaatselijke maaltijd te hebben gescoord op de lokale markt, gingen we maar op tijd naar bed. Een nachtbus is de ideale manier om te reizen, maar niet de ideale plek om van de nachtrust te genieten.

De volgende dag gingen we naar de 7 watervallen. Met weinig verwachtingen werden we door een jonge Boliviaanse student Engels in een lokale bus meegenomen de stad uit. Waar de bus stopte, vervolgden we onze weg te voet langs een riviertje de natuur in op weg naar de eerste waterval. Het was een kleintje. De 7 watervallen bleek de perfect gekozen naam voor de tour, want het riviertje passeerde binnen een paar honderd meter precies 7 watervallen. De kleinste rond de twee meter hoog en de grootste rond de zes meter.

De weg naar de eerste drie watervallen stelde niet veel voor. De wandeling naar de andere 4 was een heel ander verhaal. Op blote voeten liepen we door de lage rivier heen, over stenen, klauterden we tegen watervallen op en klommen we over smalle kliffen verder omhoog. Het was goed dat moeders op dat moment niet zag wat we aan het doen waren. Het was wel een ontzettend vette tocht. Van de hoogste waterval konden we afspringen en bij de laatste waterval konden we in de zon genieten van onze zelf meegesjouwde lunch. Na de lunch begon de tocht terug, die weer veilig in ons hostel eindigde. Uiteindelijk waren de 7 watervallen een tocht waar we weinig van hadden verwacht, maar wel ontzettend goed uitpakte.

Twee dagen Sucre was weer mooi geweest. De volgende dag zullen we de bus nemen naar de stad van de zilvermijnen; Potosi. Imilia sloeg Potosi over. We gingen ieder onze eigen weg, zij direct naar Tupiza, wij maakten eerst nog een tussenstop in Potosi.

Potosi is de stad van de zilvermijnen. Hoewel de mijnen behoorlijk zijn uitgeput, zijn ze vandaag de dag nog steeds de belangrijkste bron van inkomsten van de stad. Om ook een snabbel van de toeristen industrie mee te pikken, zijn de mijnen tegenwoordig ook toegankelijk voor toeristen. En wij waren wel erg benieuwd hoe het er in zo´n mijn aan toe gaat.

De dag na aankomst in Potosi begonnen we aan de tocht door de mijnen. Voordat we daadwerkelijk de mijnen in gingen bezochten we eerst de markt waar alle mijnwerkers (en toeristen) hun inkopen doen. De markt bestaat uit een straatje met allerlei winkeltjes waar van alles te krijgen is om in de mijn te kunnen gebruiken; cocablaadjes, beitels, dynamiet, drinken, sigaretten; alles. Op de markt kochten we cocablaadjes en frisdrank voor de mijnwerkers die we in de mijn zouden ontmoeten. Na onze zakken geleegd te hebben op de markt en onze kleding te hebben gewisseld voor een mijnwerkers-outfit, waren we helemaal klaar om de mijn in te gaan. En het moet gezegd worden, het was allemaal best wel een beetje spannend om zo’n donkere mijn in te stappen.

In de mijn die wij bezochten, werken ongeveer 200 man. In principe werkt iedereen voor zichzelf, maar toch is er een soort van hiërarchie en samenwerking in de mijn te ontdekken. Op 200 mijnwerkers zijn zo’n 50 managers. Zij zijn de meest ervaren van het stel en zijn op zoek naar zilver en andere mineralen. De managers werken samen met een iets minder ervaren sub manager, die in principe hetzelfde werk doet. De overige 100 man zijn voor het transport in en uit de mijn. Zij duwen de volgeladen buit over de smalle rails door de lange gangen naar buiten.
Het materiaal dat uit de mijn komt, wordt opgekocht door bedrijven. De bedrijven betalen de managers en de prijs die de managers ontvangen is vanzelfsprekend afhankelijk van de hoeveelheid waardevolle materialen die zij vinden. De waarde wordt in een lab bepaald. Uiteindelijk betaalt het bedrijf de managers, die op hun beurt een deel verschuldigd zijn aan de submanager en de loopjongens. Verder moet hij ook nog een deel overhouden om dynamiet en andere spullen te kopen, die nodig zijn om op zoek te gaan naar de ultieme buit.

De omstandigheden waar de mijnwerkers in werken zijn heel zwaar maar daardoor niet minder indrukwekkend. Overal zie je lange donkere gangen waar wij steeds gebukt doorheen moesten lopen, diepe smalle gaten waardoor materialen naar boven werden gebracht en stoffige ruimtes door het verwoestende effect van het dynamiet. De mijnwerkers maken onder deze omstandigheden dagen van ongeveer 4 uur ’s ochtends tot 3 uur ’s middags, zonder enig daglicht te zien. In de mijn wordt niet gegeten. De mijnwerker drinken louter frisdrank en kauwen op cocablaadjes om hun hongergevoel te stillen. Vrij bizar hoe deze mannen noodgedwongen onder deze omstandigheden dag in dag uit te werk gaan om brood op de plank te krijgen.

Naast de indrukwekkende tour door de mijnen, is er in Potosi niet veel te beleven. Ons verblijf duurde dan ook niet langer dan een dag. De volgende ochtend vertrokken we vanuit Potosi naar Tupiza, om de zoutvlakten te zien. Volgens velen het hoogtepunt van Bolivia.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Bolivia, Sucre

Actief sinds 11 Okt. 2015
Verslag gelezen: 371
Totaal aantal bezoekers 6859

Voorgaande reizen:

11 Oktober 2015 - 31 December 2015

Zuid Amerika

Landen bezocht: